De basis van het Nederlandse woningbeleid
De Woningwet, of Housing Act, is een mijlpaal in de wetgeving die het Nederlandse woninglandschap al meer dan een eeuw heeft gevormd, met de oorspronkelijke versie die teruggaat tot 1901. Deze fundamentele wet biedt het juridische kader voor de hele sociale en betaalbare woningsector in Nederland. Het doel is om de beschikbaarheid van voldoende, degelijke en betaalbare woningen voor de bevolking te waarborgen, met name voor mensen met lagere inkomens. De wet legt de regels vast voor de bouw, kwaliteit en toewijzing van woningen, en vestigt het bestaan en de rol van de woningcorporaties (woningcorporaties)—de non-profitorganisaties die verantwoordelijk zijn voor het bouwen en beheren van de overgrote meerderheid van sociale woningbouw in het land.
De Woningwet stelt minimumnormen voor de kwaliteit en veiligheid van alle woningen (het Bouwbesluit, of Building Decree, is een cruciaal onderdeel hiervan). Het bevat ook de juridische basis voor het woningwaarderingssysteem (puntentelling) dat de huur voor sociale woningbouw bepaalt. De wet is in de loop der geschiedenis vele malen gewijzigd om zich aan te passen aan veranderende sociale en economische omstandigheden, maar haar kernprincipe blijft: wonen is niet slechts een marktgoed, maar een sociaal goed dat overheidsregulering en -ondersteuning vereist.
De rol van woningcorporaties
Een centraal element van de Woningwet is de definitie van de rol en verantwoordelijkheden van woningcorporaties. Deze zijn particuliere, non-profitorganisaties met een publieke missie: huisvesting bieden aan mensen die zich geen marktconforme woningen kunnen veroorloven. De wet definieert strikt hun doelgroep (mensen onder een bepaald inkomensniveau) en reguleert hun financiële activiteiten. Dit is een uniek Nederlands 'derde weg' van het organiseren van sociale huisvesting, noch volledig staatsgestuurd noch volledig overgelaten aan de vrije markt. De wet is onderwerp geweest van intense politieke debatten, met name over de mate waarin deze corporaties commercieel mogen opereren of duurdere, vrije-sectorwoningen mogen ontwikkelen. Recente herzieningen hebben corporaties aangemoedigd zich meer te richten op hun kerntaak: het bieden van betaalbare woningen.
Voor een huurder is de Woningwet de ultieme bron van hun rechten en bescherming binnen de sociale woningsector. Het is de wet die ervoor zorgt dat hun woning voldoet aan basale kwaliteitsnormen en dat hun huur wordt vastgesteld door een eerlijk en objectief systeem. Hoewel de meeste huurders de wet zelf waarschijnlijk nooit lezen, vormen haar principes en regels de realiteit van huren in Nederland aanzienlijk, met name voor een derde van de bevolking die in een woning woont die wordt beheerd door een woningcorporatie.