Van Grijs naar Groen, Eén Subsidie per Keer
Een Lokale Aangelegenheid
In tegenstelling tot de grote nationale subsidies voor energiebesparing is ondersteuning voor stedelijke vergroening sterk lokaal. Er is geen enkele nationale pot geld voor huiseigenaren om hun eigendom groener te maken. In plaats daarvan worden deze prikkels bijna altijd verstrekt door de lokale gemeente (gemeente) of het regionale waterschap (waterschap). De redenering is ook lokaal: deze subsidies zijn ontworpen om de specifieke stedelijke uitdagingen van hittestress (steden die in de zomer te heet worden) en wateroverlast tijdens zware regenval aan te pakken. Door bewoners aan te moedigen groen toe te voegen aan bestrate oppervlakken, kunnen deze overheden de stad op microniveau klimaatbestendiger maken. De beschikbaarheid, hoogte en voorwaarden van deze subsidies kunnen dus sterk variëren van stad tot stad.
Veelvoorkomende soorten vergroening subsidies
Hoewel de specifics verschillen, richten de meeste gemeentelijke regelingen zich op een paar belangrijke ingrepen. De meest voorkomende is een subsidie voor het creëren van een groen dak (groen dak). Dit houdt in dat traditionele dakbedekking wordt vervangen door een laag vegetatie, wat helpt om het gebouw te isoleren, regenwater te absorberen en biodiversiteit te bevorderen. De subsidie is meestal een vast bedrag per vierkante meter groen dak dat wordt gecreëerd. Een andere veel voorkomende subsidie is voor de-paving (tegelwippen - letterlijk, 'tile-flipping'). Huiseigenaren kunnen een kleine subsidie ontvangen voor elke vierkante meter bestratingsstenen of beton die ze uit hun tuin verwijderen en vervangen door gras, planten of permeabele bestrating. Sommige steden subsidiëren ook de installatie van regenregenton (regentonnen) of meer geavanceerde regenwateropvangsystemen, om de belasting op het rioolstelsel bij hevige regenval te verminderen.
Hoe huurders betrokken kunnen raken
Deze subsidies zijn over het algemeen gericht op huiseigenaren, omdat ze permanente wijzigingen aan het pand met zich meebrengen. Een proactieve huurder kan echter zeker een rol spelen. Als een huurder toegang heeft tot een privé-tuin of een plat dak, kan hij of zij contact opnemen met zijn of haar verhuurder met een voorstel om gebruik te maken van een lokale vergroening subsidie. Bijvoorbeeld zouden zij een plan kunnen presenteren om de bestrating in een betegelde achtertuin te verwijderen en een tuin aan te leggen, en te benadrukken dat de gemeente een subsidie voor de kosten aanbiedt. Aangezien deze projecten vaak de esthetische en functionele waarde van het onroerend goed verbeteren, staat een verhuurder mogelijk open voor het idee, vooral als de huurder aanbiedt om een deel van het werk zelf te doen. Het is een manier voor huurders om actief bij te dragen aan een groener leefmilieu, terwijl ze mogelijk ook meer plezier in de woning kunnen beleven.