Een deel van de woning kopen
Gedeelde eigendom is een woningmodel dat bedoeld is als een tussenstap tussen huren en volledige eigendom. Onder dit model koopt een koper een aandeel in een woning—bijvoorbeeld 60%—met een conventionele hypotheek. Het resterende aandeel van 40% blijft eigendom van een woningcorporatie of woningontwikkelaar. De koper betaalt vervolgens een hypotheek over zijn/haar aandeel en een maandelijkse huur aan de woningcorporatie over het aandeel dat hij/zij niet bezit. Na verloop van tijd kan de koper de optie krijgen om extra aandelen in de woning te kopen, een proces dat bekend staat als 'staircasing', met als uiteindelijk doel volledig eigendom te bereiken. Dit model verlaagt het initiële kapitaal en het hypotheekbedrag dat nodig is, waardoor het toegankelijker wordt voor mensen met lagere inkomens.
Het Koopgarant-experiment
Dit model is in het verleden in Nederland geïmplementeerd, met name onder de naam Koopgarant. Dit systeem werd door woningcorporaties gebruikt om een deel van hun sociale woningvoorraad aan huurders of andere starters te verkopen. Het komt echter veel minder vaak voor en vormt geen wijdverbreid kenmerk van de huidige markt. Vanuit een sceptisch perspectief heeft het model significante nadelen. De gecombineerde maandelijkse kosten van de hypotheek en de huur kunnen bijna zo hoog zijn als het huren van een vergelijkbaar pand op de open markt. De voorwaarden voor doorverkoop zijn vaak zeer beperkend; doorgaans moet de eigenaar het pand terugverkopen aan de oorspronkelijke woningcorporatie, wat hun toegang tot de open markt beperkt. De corporatie deelt ook in eventuele winst bij doorverkoop. Hoewel het een vorm van bewoningszekerheid biedt, biedt het beperkte autonomie en financieel voordeel vergeleken met volledige eigendom, wat leidt tot een complexe en mogelijk restrictieve vorm van mede-eigendom.



















