De motor van betaalbare huisvesting
In Nederland is er geen directe 'niet-winstgevende huisvestingssubsidie' die een huurder kan aanvragen. In plaats daarvan is de gehele sociale huursector opgebouwd uit een systeem van indirecte ondersteuning voor de aanbieders: de woningcorporaties
(woningcorporaties). Dit zijn non-profitorganisaties met een wettelijke opdracht om voldoende, hoogwaardige en betaalbare huisvesting te bieden aan mensen met een laag inkomen. De overheid stelt hen in staat dit te doen via een robuust systeem van financiële ondersteuning.
Hoe het Systeem Werkt
De belangrijkste wijze waarop de overheid deze corporaties ondersteunt, is door hun leningen te garanderen. Een organisatie genaamd het Waarborgfonds Sociale Woningbouw
(WSW) verleent deze garantie. Dit betekent dat als een woningcorporatie een lening afsluit om sociale woningbouw te bouwen of te renoveren, de Nederlandse staat feitelijk medeondertekent. Deze overheidsgarantie stelt de corporaties in staat om geld te lenen tegen aanzienlijk lagere rentetarieven dan een commerciële ontwikkelaar zou kunnen. Dit enorme financiële voordeel is de 'subsidie' die hen in staat stelt om:
- Nieuwe sociale woningbouwprojecten te bouwen.
- Hun bestaande woningvoorraad te onderhouden.
- Huren te rekenen die wettelijk worden begrensd door het
Woningwaarderingsstelsel
(puntenstelsel) en derhalve ruim onder de markthuur liggen.
Voor de huurder is het voordeel indirect maar diepgaand: dit systeem is de reden dat betaalbare, gereguleerde huisvesting überhaupt bestaat. De directe, persoonlijke subsidie van de huurder blijft de huurtoeslag
(huurtoeslag), die hen helpt de al lage, gereguleerde huur te betalen die door deze gesubsidieerde organisaties in rekening wordt gebracht.